Opzeggen geneeskundige behandelingsovereenkomst met dialysepatiënt
Geneeskundige behandelingsovereenkomst
U heeft het als arts of verpleegkundige vast wel één of zelfs meerdere malen meegemaakt, een patiënt welke zich in het geheel niet aan zijn dieet houdt, zijn medicatie niet of niet consequent inneemt of de patiënt welke zich niet aan de dialysetijden houdt of zelfs niet komt opdagen. Dit alles ten nadele van zijn gezondheid. Maar het komt ook voor dat patiënten verbaal of zelfs fysiek agressief zijn jegens u als behandelaar of medepatiënten. Waar ligt de grens? Wat kunt u als ziekenhuis, nefroloog of dialyseverpleegkundige doen tegen deze patiënten? Kunt u uiteindelijk de geneeskundige behandelingsovereenkomst met deze patiënt beëindigen, ook al weet u dat de patiënt afhankelijk is van de dialyse om in leven te blijven?
Gewichtige redenen
Het ziekenhuis of het zelfstandige dialysecentrum heeft met de patiënt een geneeskundige behandelingsovereenkomst gesloten. De hierop van toepassing zijnde wetgeving vinden wij in boek 7, titel 7, afdeling 5 van het Burgerlijk Wetboek. Op grond van deze afdeling, ook wel de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) genaamd kan een hulpverlener (dit hoeft niet per se een arts of verpleegkundige te zijn, maar kan ook bijvoorbeeld een ziekenhuis of dialysecentrum zijn) de behandelingsovereenkomst in beginsel niet eenzijdig opzeggen. Dit is slechts mogelijk in het geval van gewichtige redenen. Maar wat zijn dit?
De wet helpt ons niet om te bepalen wat een gewichtige reden is. Hiervoor zal gekeken moeten worden naar met name jurisprudentie (rechtspraak). Daarnaast helpt de parlementaire geschiedenis ons verder om te bepalen welke redenen voldoende gewichtig zijn om eenzijdig de overeenkomst met de dialyse patiënt op te zeggen.
Uit de beschikbare jurisprudentie leren wij dat er niet snel gesproken wordt van gewichtige redenen. Dit lijkt logisch, de patiënt is in hoge mate afhankelijk van zijn behandeling en er kan gezondheidsschade optreden indien de behandeling wordt gestaakt. Uit de jurisprudentie en de wetsgeschiedenis kan dan ook worden opgemaakt dat er bijzondere zorgvuldigheidseisen gelden welke de hulpverlener in acht moet nemen.
Het gaat de strekking van dit artikel te buiten om alle in acht te nemen zorgvuldigheidseisen hier te bespreken. De KNMG heeft echter een richtlijn opgesteld waarin deze staan opgesomd (www.knmg.nl/publicaties)
Het lijkt evident dat een eenmalige agressieve verbale uitlating geen reden is voor beëindiging van de behandelingsovereenkomst. Het moet gaan om het herhaaldelijk en over een langere tijd aanwezig zijn van onacceptabel gedrag van de patiënt tegenover zijn of haar behandelaars en medepatiënten. Waarschuwen (schriftelijk) lijkt daarbij van groot belang. Heeft de patiënt meerdere (officiële) waarschuwingen gehad, dan lijkt een beëindiging gerechtvaardigd. Uiteindelijk komt het neer op de individuele omstandigheden van het geval. Of er sprake is van een gewichtige reden dient dus per geval te worden bekeken.
Voor een beëindiging dient wel een opzegtermijn in acht te worden genomen. Het gaat hierbij om een redelijke termijn. Ook wat redelijk is, hangt af van de concrete omstandigheden van het geval. Met name gezien de grote afhankelijkheid van dialysepatiënten zal er een lange opzegtermijn gelden.
De jurisprudentie
Het is duidelijk dat voor dialysepatiënten de opzegging van de behandelingsovereenkomst grotere gevolgen heeft dan voor andere patiënten. Een dialysepatiënt dient immers (in het geval van hemodialyse in een centrum) meerdere malen per week naar het dialysecentrum te komen om zijn dialyse te ondergaan. Is het dan, gezien de eisen hieraan, wel mogelijk de behandelingsovereenkomst op te zeggen?
Voor een antwoord op bovenstaande vraag zal de jurisprudentie geraadpleegd moeten worden. We komen dan bij een zaak terecht uit 2001 (vonnis Rechtbank ’s Gravenhage d.d. 5 december 2001, TvGR 2002, 31).
In deze zaak vraagt een ziekenhuis de rechtbank de geneeskundig behandelingsovereenkomst met een dialyse patiënt te mogen beëindigen. Reden voor dit verzoek is het herhaaldelijk veroorzaken van incidenten als gevolg van verbaal agressief gedrag. Dit gedrag resulteert uiteindelijk in het met de dood bedreigen van een van de verpleegkundigen.
De rechtbank erkent de bijzondere afhankelijkheidspositie van de patiënt. Zijn behandeling dient immers om in leven te blijven. Stoppen van de behandeling zal immers spoedig tot de dood van de patiënt leiden. Dit belang wordt afgewogen tegen het belang van het ziekenhuis, de behandelaars van de patiënt en de overige patiënten op de afdeling.
De rechtbank komt tot de conclusie dat de geneeskundige behandelingsovereenkomst gezien de concrete omstandigheden van het geval door het ziekenhuis mag worden beëindigd. De dagelijkse gang van zaken op de dialyseafdeling is als gevolg van het gedrag van de patiënt ontregelt en ondanks allerlei door het ziekenhuis getroffen voorzieningen is er geen verandering in de situatie gekomen. Zo had het ziekenhuis beveiliging ingeschakeld, een psychiater en maatschappelijk werk aangeboden en tevergeefs getracht de patiënt elders onder te brengen. Onder deze concrete omstandigheden kon in redelijkheid van het ziekenhuis niet meer worden verlangd dat het de behandelingsovereenkomst met haar patiënt in stand zou houden. Daarnaast was de patiënt, aldus de rechtbank, wilsbekwaam. Zijn gedrag was hem derhalve volledig toe te rekenen.
Het ziekenhuis mocht de behandelingsovereenkomst opzeggen, maar had wel de verplichting om overlijden van de patiënt te voorkomen. Op grond van de plicht tot noodhulp moest het de patiënt dus wel dialyseren op het moment dat zijn leven daadwerkelijk in gevaar kwam.
Deze zaak heeft nog een staartje gekregen. De patiënt ging namelijk vervolgens naar een ander ziekenhuis. Hier weigerde men echter een behandelingsovereenkomst tot stand te brengen. In kort geding werd het ziekenhuis echter gedwongen met de patiënt een behandelovereenkomst aan te gaan. Wel diende de patiënt zich hierbij aan door de rechter vastgestelde voorwaarden te houden, zoals het zich onder behandeling stellen van een psychiater.
Wat te doen bij onwenselijk gedrag
Op basis van de jurisprudentie is het onder bijzondere omstandigheden mogelijk een einde te maken aan de behandelingsovereenkomst met een dialysepatiënt. Hierbij vallen uit de hiervoor behandelde zaak de volgende voorwaarden te destilleren:
- Het dient te gaan om gewichtige redenen, bestaande uit zeer agressief gedrag van de patiënt tegenover zijn behandelaars en medepatiënten;
- Het gedrag van de patiënt moet de dagelijkste gang van zaken op de afdeling ontregelen;
- Het ziekenhuis of behandelcentrum heeft tevergeefs alles in het werk gesteld om het gedrag van de patiënt te verbeteren en de veiligheid van de desbetreffende behandelaars en medepatiënten te waarborgen;
- Er is getracht de patiënt elders onder te brengen.
- Er is geen zicht op verbetering van het gedrag van de patiënt.
Ook al wordt aan bovenstaande voorwaarden voldaan, het blijft altijd een afweging van de belangen in het voorkomende geval.